Afvallen

14-09-2023

Vijf kilo. Ik ben ruim vijf kilo afgevallen. Vol ongeloof staar ik naar de weegschaal beneden me. De cijfers van mijn gewicht dansen voor mijn ogen. Staat dat ding wel goed? Maar mijn zus bevestigt even later wat ik zelf al had gezien. Er zijn echt vijf kilo foetsie.

Eerst had ik het zelf nog niet echt opgemerkt. Familie en vrienden zeiden het wel voorzichtig tegen me: "Jij bent afgevallen, zeg!" Nu merk ik het ook zelf. Dat mijn spijkerbroek ineens om mijn benen slobbert. En dat ik niet meer lekker op mijn zij liggen kan. Ik ben dun geworden. Best wel erg dun.

Vroeger als puber zou ik een gat in de lucht gesprongen hebben. Als ik zomaar, zonder te sporten, zonder mijn best te doen, zonder dat ene lekkere taartje watertandend over te slaan, zoveel zou afvallen. Nu spring ik geen gat in de lucht. Want afvallen zoals dit, is niet leuk. Het is niet leuk om minder eetlust te hebben. Niet leuk om een stuk koek naar binnen te werken terwijl ik eigenlijk van elke hap misselijk wordt. Niet leuk dat ik bijna moet kokhalzen bij de gedachte aan een goed ontbijt. Niet leuk om na een bescheiden maaltijd al een zere buik te krijgen. En ook niet leuk om op een verjaardag te zijn met een tafel vol lekkers. Alsof het feest is. Nou voor mij niet dus.

Dun zijn is in. Het is een schoonheidsideaal en een heel ding onder vrouwen. Maar persoonlijk had ik liever gewoon die vijf kilo erbij gehad. Dan was ik maar iets dikker dan de norm. Nu voel ik me ineens onzeker over dingen waar ik nog nooit onzeker over hoefde te zijn. Want: waar zijn mijn borsten en billen? En waar is mijn kleine vet ribbeltje gebleven wat bij mij hoorde? Krijg ik nu nog wel genoeg voedingsstoffen binnen? Waarom ben ik ineens bang dat Bertran me ziet als een onvrouwelijke, platte plank? En wanneer zal slapen op mijn zij niet meer zeer doen (want: hallo uitsteekbotten, ik wist niet dat jullie bestonden)?

Ik weet nu dat niet alleen je hoofd en hart maar ook je lichaam in de rouw komt. Daar had ik even geen rekening mee gehouden. En waar de één dik wordt door verdriet, ben ik mager geworden. Je lichaam reageert beter op goed en kwaad dan je geest. Wist je dat? Mijn lichaam wist al ergens dat mijn moeder niet zou blijven. Mijn lichaam voelde letterlijk het gat in mijn leven. Mijn lichaam reageerde toen ze een lijf zonder ziel waste, en toen ze een paar dagen later datzelfde lichaam in de koude grond moest laten zakken. Ze reageerde, in tegenstelling tot mijn hoofd. Ze gaf al haar energie, brandstof en vetvoorraad weg om te kunnen overleven. 

Dus laten we lief zijn voor ons lijf. Laten we haar niet steeds afkraken. Ons lichaam is tijdelijk. De diepte van die waarheid heb ik ontdekt toen mijn moeder haar laatste adem uitblies. Hoe hard het ook klinkt: ooit worden we weer stof. Maar tot die tijd hebben we ons aardse lichaam gekregen. Zullen we vaker naar haar luisteren? Want ze spreekt tegen ons. Let maar op: we worden ziek als we teveel op ons bordje hebben. We krijgen vlinders als het met iemand klikt. We worden rood als we ons schamen. En we gaan gloeien als we worden gekust. Ons hart klopt sneller als er iets indrukwekkends gebeurt. En het stopt met kloppen als de eeuwigheid zich aandient. Het zal ons lichaam zijn, die het uiteindelijk opgeeft - al is ons hoofd daar dan nog lang, lang niet aan toe.

© 2019 Verhalenbreister Alle rechten voorbehouden.
Mogelijk gemaakt door Webnode
Maak een gratis website. Deze website werd gemaakt met Webnode. Maak jouw eigen website vandaag nog gratis! Begin