Rouwgedicht #1
In de eerste week van mijn moeders overlijden, zei ik niet zoveel. Ik was in shock geraakt. Maar mijn gevoelens uitte ik nog wel op papier. In de eerste rouwweek schreef ik een aantal gedichten. Het was een bizarre week vol met bezoekjes, regelzaken, begrafenisvoorbereidingen. Omdat dit nu precies één jaar geleden is, deel ik een week lang elke dag een gedicht van toen.
De geur des doods
Dringt bij mijn neus naar binnen
Verspreid verdriet
In alle hoeken van ons huis
Ik buig mijn hoofd en snik
Mijn lieve mama is nu Thuis
Maar o hoe graag ik haar
Voor altijd bij me had gehad
Ze is niet meer bij ons
Al blijft ze leven in mijn hart
Toen mama stierf is iets in mij gebroken
Ik ben in stukjes uit elkaar gespat
Het is zo vreemd, zo ondoorgrondelijk
Dat mama nu bij Jezus is
Haar krullen voelen nog steeds zacht
Het lijkt alsof ze slaapt, zo rustig als ze ligt
Ik zou het aan haar willen vragen:
Hoe is het in de hemel, mam?
Nu u mag wandelen op gouden straten
En u weer prachtig zingen kan?
Ik denk aan hoe ze met gesloten ogen
Liep naar het onbekende land
Toen zij haarzelf moest laten vallen
Ving God haar op in Zijn doorboorde hand
Niet bang zijn mam, heb ik gefluisterd
Vlak voor ze ons hier achterliet
Nu fluister ik het tot mijn eigen ziel
De geur des doods blijft maar heel even
Er is een geur die groter is
De geur van Hem die ons weer doet herleven
11/08/2023